4 december 2004 t/m 2 januari 2005
OVER HYPERGEO VAN WILJA JURG EN KEES DE GROOT
Recensies door Arie Altena en Ydwine van der Molen
HyperGeo heet het project dat Wilja Jurg en Kees de Groot in Kunsthuis SYB te Beetsterzwaag realiseerden. Geo, dat moet wel staan voor geografie. Geografie is in. Cartografie is hip. In het persbericht zie ik woorden als satelliet, vertalen, digitaal en bewerken, verder iets over locatie, de drie noordelijke provincies en het opduiken van elektronische verschijnselen. Dat wekt visioenen van een hoogst technologisch project, iets met het aftappen van satellieten (misschien wel illegaal?), iets met het in kaart brengen van het terrein, iets met alternatieve informatievisualisatie, wie weet gekoppeld aan GPS-data? Locative media is immers het laatste buzzword. GPS (Global Positioning System, het Amerikaanse netwerk van satellieten dat tot op de meter nauwkeurig de posities van objecten op de aarde kan waarnemen en tracken — waardoor je met een GPS-ontvanger uitgezette wandelingen in het vrije veld kunt maken) is ook hip, en trouwens indecember 2004 net weer in het nieuws omdat de Europese Unie definitief heeft besloten zulke satellieten te gaan lanceren, onder de naam Galileo. Geprikkeld door een paar woorden verwacht ik al bijna een tentoonstelling vol satellietontvangers en computers voor datacrunching. Als dat maar geen zielloze visuele vertaling van computerdata oplevert. Maar misschien kan ik in mijn tekst dan het personage Kurt Mondaugen uit V (1960), de eerste roman van de Amerikaanse auteur Thomas Pynchon, opvoeren. Mondaugen analyseert anno 1904 in NamibiÎ astronomische data, op zoek naar aanwijzingen (waarvan? buitenaards leven?). Een ander personage, Weissmann, denkt een code te vinden en genereert uit de noise een boodschap: ‘die Welt ist alles was der Fall ist’. Hmm, dat klinkt bekend. ‘Je bent ontslagen’, zegt Mondaugen tegen Weissmann, ‘je zult een goeie ingenieur zijn, je hebt zitten knoeien’.
Zo droom ik, voor ik iets van het project heb gezien. Ik heb alleen een persbericht slecht gelezen. De tentoonstelling vult het idee van HyperGeo heel anders in. En dat is misschien maar goed ook.
In SYB staan verspreid een stuk of tien televisies op de betonnen vloer. Daarop bewegend beeld, bestaand uit een paar felle kleurvlakken. Het zijn korte loops van digitaal bewerkte videobeelden, waarbij het beeld is gereduceerd tot tot drie of vier neonachtige kleuren (lila – geel – lichtblauw, rood – lila – lichtblauw, groen – lila – rood enzovoorts). Het levert een soort pure videobeelden op (vreemd, want de beelden zijn digitaal), die vooral ’s avonds als het verder donker is in de galerie, een geheimzinnig schijnsel naar buiten werpen.
Je oog wordt getrokken door de televisies, maar het zijn de met stoepkrijt getekende lijnen op de betonnen vloer waar je aandacht naar toe gaat. Krijtlijnen die je kunt volgen; het is alsof je midden in een soort aardrijkskundig hinkel- en spoorzoekspel terecht bent gekomen. De lijnen representeren spoorlijnen en hoofdwegen, ze verbinden steden en dorpen als Drachten, Joure, Heerenveen, Leeuwarden die ook met krijt op de vloer zijn getekend. In het ‘noorden’ (aan de straatkant) liggen de Waddeneilanden (met de Brandaris). De hele tentoonstellingsruimte is getransformeerd tot een uitgerekte kaart van Friesland (met aan de rand wat stukjes Drenthe en Groningen). De lijnen lopen naar de televisies, die als het ware aan de rand van Friesland staan, als toegangspoorten. Het is een kinderlijk eenvoudig en aantrekkelijk idee: met krijt de infrastructurele kaart van Friesland op de grond tekenen, maar het blijkt te werken. Het geeft een open en vrolijke toegang tot het project: kijk hier zijn we, dit is Friesland, zo kun je door Friesland lopen. Helemaal tegen de muur is ook het dorp De Wilp getekend, dat op de grens tussen Groningen en Friesland ligt. Dit is de plek waar Kees de Groot (1956) is opgegroeid. Ergens is dit project voor hem ook een (tijdelijke) terugkeer naar de omgeving waar hij is opgegroeid. Beetsterzwaag blijkt precies onder een oude muur te liggen.
Al lopend door de tentoonstellingsruimte wordt je omhuld door het geluid dat uit de televisies komt: je hoort het denderen van een trein over de rails, het suizen van de snelweg, het loeien van een misthoorn. Het geluid hoort bij de videoloops, daardoor herken je de driekleurige beelden toch vaag als het voorbijflitsen van rails onder een trein, of voorbijrazende auto’s op de snelweg. Op weg naar Friesland (of weg, ervandaan). Wilja Jurg en Kees de Groot vertellen dat ze oorspronkelijk van plan waren om voor de monitoren filmbeelden te gebruiken die ze vanuit auto of trein hadden gemaakt. Met de trein en auto door Friesland reizend wilden ze het landschap in kaart brengen. Die beelden zouden ze dan bewerken op basis van de visuele esthetiek van satellietbeelden van Noord-Nederland: vandaar de neonkleuren. Dat bleek niet alleen een te enthousiast en ambitieus plan te zijn, de methode bleek veel te gladde beelden op te leveren. Wilja Jurg maakte daarom animaties door vormen uit karton te knippen, die te filmen en digitaal te bewerken. Die beelden zijn, naast de eerder gemaakte filmbeelden, op de televisies te zien. Met als gevolg dat je als toeschouwer, door de combinatie met het geluid, denkt in driekleurige vormen een spoorlijn met bielzen te ontwaren, terwijl je in werkelijkheid kijkt naar een digitaal vervormde abstracte animatie van kartonnetjes.
Het hart van de installatie, ook letterlijk, is de projectie van (geanimeerde) satellietbeelden van Noord-Nederland. Er wordt op Friesland ingezoomd en weer uitgezoomd. Het zijn beelden met een herkenbare eigen visuele esthetiek — een die eigen is aan wetenschappelijke visualisaties. Veel rood en groen (voor contrast), oranje, hier en daar vloeien de kleuren een beetje in elkaar over in een gepixelleerd beeld. Deze opnames waren voor Jurg en De Groot het uitgangspunt van HyperGeo.
Zowel Jurg als De Groot houden ervan om in de ontwikkeling van projecten in te spelen op de mogelijkheden van de ruimte en de context. Het concept — dat moet passen bij de plek — is daarbij leidend, ook in de uitvoering. Voor beide is SYB, ondanks de kale stenen muren en de grijze betonnen vloer, een verhoudingsgewijs nette plek, in het midden van de hoofdstraat van een welvarend Fries dorp. Het werk van zowel De Groot als Jurg wordt eerder geassocieerd met kraakpanden, alternatieve festivals, andersglobalistische manifestaties en vreemde gruizige geloopte video’s die om twee uur ’s nachts op de lokale televisie voorbijkomen, begeleid door meedogenloze noise.
Wilja Jurg (1967) woont en werkt normaliter in de Hondenkoekjesfabriek in Nieuwleusen, oostelijk van Zwolle, een voormalige melkfabriek, nu broeinest van alternatieve kunst (denk aan underground comics, stickerkunst, theatrale performances, mailart, cd-r uitgaves). Jurg initieert er projecten, is actief als schrijver, performer, filmer en muzikant. Ze voelt zich verwant met een dadaïstische of surrealistische aanpak. De Hondenkoekjesfabriek is ook de thuisbasis van (onder andere) de hardste Nederlandse noiseband FCKNG BSTRDS, waarvan ook Jurg deel uitmaakt. De FCKNG BSTRDS treden, net als andere noise-collectieven uit de Hondenkoekjesfabriek, op in zelfgemaakte kostuums uit bijvoorbeeld karton, plakband, gaffertape en met nietjes bij elkaar gehouden gewaden. Ze spelen niet zelden in een eigen uit plakband en rommel opgetrokken decor, waardoor je de indruk hebt dat je live in een soort SF-film terecht bent gekomen en borderline-aliens vrolijk maar ook met een beetje morbide genoegen een enorme bak teringherrie over je uit te storten. Jurg is voornamelijk actief in het zogenaamde alternatieve circuit, de DIY-scene, een wereldwijd netwerk van festivals en onafhankelijke vrijplaatsen, dat zich, gek genoeg, de laatste jaren vooral buiten de Randstad lijkt te bloeien. Zoals bijvoorbeeld in Enschede, waar Kees de Groot de laatste jaren Planet Art leidt, en zo het oosten van Nederland voorziet van de broodnodige underground-kunst-impulsen door tentoonstellingen, performances, concerten en festivals te organiseren. Zo was De Groot onder andere betrokken bij de festivals Gog Bot (2004), Astro Friezen (2001) en The Gods Must be Crazy.
Noch Planetart, noch de Hondenkoekjesfabriek zijn plekken die je snel met SYB in verband brengt. Hoewel het de vraag is of Jurg en De Groot de ruimte van SYB nodig hebben om hun werk te realiseren, is de uitnodiging van Jurg en De Groot door SYB een goede zet. Zo zien we hen in een andere context aan het werk, en blijkt dat hun werk ook in een omgeving die vraagt om meer subtiliteit, goed werkt.
Tijdens de opening, op zaterdag 18 december, doen Jurg en De Groot voor het eerst samen een geluidsperformance. Beide zijn gewend om intense concerten te geven, vaak met een hoog geluidsniveau. Maar, al zijn de muren van SYB van kaal baksteen, urenlang geluidsterrorisme van snoeiharde noise zou hier zijn doel voorbijschieten. Het zou hier als een tang op een varken slaan. Daarom hebben ze gekozen voor een subtielere aanpak. Jurg komt gehuld in een wit gewaad op, De Groot draagt een lange zware, zwarte jas en een zilverkleurig masker dat zijn hele hoofd bedekt. Ze staan voor de satellietopnames van Noord-Nederland. Met microfoon voor hun mond, en een hand op het mengpaneel, sturen ze het signaal van de microfoon door een effectpedaal, vervormen hun stem en mengen dat met ruisgeluiden. Ze spelen zacht, tenminste, zachter dan anders. Het is nog altijd noise, maar niet oorverdovend. Het geluidsniveau van de performance mengt met de geluiden van de installatie. Het is geen performance naast de installatie, het is een performance die deel uitmaakt van de installatie, een die er als een soort emergent verschijnsel uit voortkomt. De performance duurt kort (nauwelijks meer dan vijf minuten — van mijn hadden ze nog best een uur mogen doorgaan). Als ze ophouden klinkt juist de scheepstoeter, de misthoorn, er wordt niet geapplaudisseerd, Jurg en De Groot verdwijnen stilletjes en pas nu, met die goed getimede misthoorn (eigenlijk een perfect getimed einde) raak je er echt van doordrongen dat het geluid van de installatie je aan alle kanten omhult en de sfeer zet. En het is alsof je zojuist een Wit Wief en Grote Pier — twee mythische verschijningen in het noorden van Nederland — hebt zien opdoemen uit de nevelen boven het noordelijke landschap (in de noise van de performance en de installatie). Ze zijn in het geluid verschenen, voor de beelden van Noord-Nederland die de satelliet naar de Aarde stuurt, en daarna zijn ze ook weer verdwenen, in de mist opgelost, boven de kaart van Friesland in SYB. Dat beeld blijft hangen. En dat toverde die middag een grotere glimlach op mijn gezicht dan een high tech GPS locative media project had kunnen doen.
Door: Arie Altena
HYPERGEO MIST KRACHT VAN VERBEELDING
Het sonore geluid van een scheepshoorn vult de hele ruimte van Kunstruimte Syb, als onderdeel van de installatie “Hypergeo.” De makers zijn Kees de Groot, oprichter van Planetart, een podium voor elektronische kunsten in Enschede en Wilja Jurg van de Hondenkoekjesfabriek in Nieuwleusen, initiator van allerlei kunstzinnige projecten.
Overal staan kleine monitoren op de grond waarop omgevormde satellietbeelden van Friesland te zien zijn, met in een donkere nis een grote videoprojectie van Noord-Nederland. Die monitoren verbeelden ieder een deel van een plattegrond op grote hoogte, onophoudelijk bewegend en in felle kleuren. Het bijbehorende geluidsbehang is voor iedere plek in een bepaalde vorm geknipt. Zo heeft Ameland de scheepstoeter en Vlieland het geluid van een stevige zeebries. Als een soort cyberreus raak je via een uiterst smalle snelweg of spoorlijn van vetkrijt in verschillende Friese steden verzeild. Daar ligt Drachten (nog niet met de trein te bereiken), begeleid door snelweggeluiden, en richting de galerietuin bijvoorbeeld Heerenveen, De Blesse en Makkum.
Het idee achter de installatie mag dan hoge verwachtingen scheppen, de uitwerking laat vooral veel van hetzelfde zien. De beelden zijn onderling inwisselbaar en de bijbehorende geluiden niet bijster origineel. Alsof het oog van nu onbekend is met computergames en alles daaromheen, zo tam is deze presentatie. Bij het bewerken van die satellietbeelden zou je eigenlijk een doordacht visueel vuurwerk verwachten, een virtuoze kettingreactie vol onverwachte gebeurtenissen. Alleen het idee met de wegen op de grond is speels en geestig, voor de rest is Hypergeo een nogal oubollige vertoning. Verbeelding is er deze keer niet in geslaagd aan de macht te komen.
Door: Ydwine van der Molen
HYPERGEO
Kees de Groot en Wilja Jurg
Projectperiode 4 december 2004 t/m 2 januari 2005
Dit project wordt mede gefinancierd door de Mondriaanstichting en de Provincie Fryslân.
Deze recensies werden geschreven in het kader van het recensentenprogramma van SYB. De recensies mogen rechtenvrij worden gepubliceerd mits daartoe vooraf toestemming is verleend door SYB.